Vraag van de maand november 2019: Help mijn (stief)kinderen maken ruzie, wat kan ik doen?
Publicatiedatum: 1 november 2019
Door ruzie te maken leert je kind zijn eigen grenzen te ontdekken en ook die van een ander. Ruzie hoort erbij. Toch is het niet prettig als kinderen veel ruzie met elkaar maken. Je kan dan geneigd zijn om niets te doen, los het zelf maar op! Of om als scheidsrechter op te treden en het voor je kind op te lossen. Dit werkt over het algemeen niet maar wat dan wel?
Zorg voor heldere regels
Kinderen hebben behoefte aan heldere regels, ook bij het samen spelen. Vanaf de kleuterleeftijd kun je hiervoor een aantal regels opstellen. Praat hier regelmatig over en na een tijdje zal je merken dat je kind die regels onthoudt. Goede regels vertellen je kind wat hij wel mag doen. Bijvoorbeeld:
- wees aardig voor elkaar;
- samen spelen betekent samen delen en om de beurt gaan;
- houd handen en voeten bij je;
- praat op een gewone toon.
Ondanks de regels ruzie, wat dan?
Benoem wat er gebeurt als er, ondanks de regels, toch ruzie ontstaat. Bijvoorbeeld ‘Jullie willen allebei tegelijk op de computer’. Vraag ieder kind afzonderlijk of ze zelf een oplossing hiervoor kunnen bedenken. Blijf doorvragen totdat ze iets bedacht hebben waar ze het beide mee eens zijn. Lukt het hen niet dat zelf te bedenken, help ze daar dan mee. Geef de kinderen een compliment als ze zelf een oplossing hebben gevonden en ze zonder ruzie verder spelen.
Leren op je beurt te wachten en tegen verlies te kunnen
Er bestaan allerlei spellen en activiteiten die kinderen kunnen stimuleren om dingen met elkaar te delen, samen te werken of elkaar de beurt te geven, zoals bal-, bord- of computerspelletjes met twee of meer spelers. Doe zelf ook dit soort spelletjes met je kind om hem/haar te laten oefenen met ‘op je beurt wachten’ en verliezen. Leg de nadruk om hoe leuk en gezellig het is om samen te spelen en leg uit dat het gaat om het plezier en niet om het winnen.
Rivaliteit verminderen
Elk kind verlangt naar de exclusieve aandacht en liefde van zijn ouders. De aanwezigheid van een (stief)broertje of zusje is dus concurrentie. De aandacht moet immers verdeeld worden. Dat kan voor het kind voelen als een bedreiging. Je kunt het gevoel van bedreiging wegnemen door bij ruzie niet de kant van één kind te kiezen. Houd er rekening mee dat elk kind een apart individu is, met een eigen karakter en een eigen gebruiksaanwijzing. Probeer de kinderen zo min mogelijk met elkaar te vergelijken (bijvoorbeeld: Daan kon zijn schoenen al strikken toen hij vier was, Anna nog niet). Ook helpt het om met elk kind afzonderlijk wat één op één tijd door te brengen. Tijd die echt alleen voor dat specifieke kind bedoeld is. Zorg daarnaast ook voor gezamenlijke activiteiten met het hele gezin, dat versterkt jullie band. Kies daarbij niet voor win-verlies spelletjes maar voor gezellige, sportieve activiteiten waar iedereen aan mee kan doen.
Leestips:
‘How2talk2kids, broers en zussen zonder rivaliteit’ van Adele Faber & Elaine Mazlish.
‘De gids over emoties bij kids’ van Susan van Asten.
Meer weten? We denken graag met je mee!
Heb je behoefte aan ondersteuning bij het omgaan met de ruzies van je (stief)kinderen? Neem gerust contact met ons op:
Telefoon: 035 – 6926350 | E-mail: info@jggv.nl
Op onze website geven wij praktische informatie over gezond opgroeien en opvoeden. Hier tref je ook ons cursusaanbod en informatiemateriaal voor ouders.